Wie wijn serieus neemt, weet dat opslagomstandigheden minstens zo belangrijk zijn als de wijn zelf. Een wijnklimaatkast is de moderne vervanger van een kelder: hij houdt je flessen op een constante temperatuur, beschermt ze tegen licht, trillingen en schommelingen in luchtvochtigheid. Maar wat is nu eigenlijk de juiste temperatuur voor een wijnklimaatkast?
De ideale temperatuur voor opslag
Voor langdurige bewaring geldt meestal dat 12 °C de gouden standaard is. Op deze temperatuur rijpt wijn langzaam en gelijkmatig. Zowel rode als witte wijn kun je zo veilig jaren bewaren, zonder dat de smaak zich te snel of te langzaam ontwikkelt.
De ideale temperatuur voor serveren
Als je wijnklimaatkast bedoeld is om wijn op drinktemperatuur te brengen, zijn er andere richtlijnen als voor het bewaren van wijn. De ideale serveertemperatuur van verschillende soorten wijn hebben we voor je op een rij gezet:
-
De ideale temperatuur voor rode wijn is 14–18 °C
Lichte rode zoals Pinot Noir drink je bij voorkeur iets koeler. Krachtige rode wijn zoals Cabernet Sauvignon wat warmer. Ook weelderige, zoete rode wijnen drink je bij voorkeur iets warmer. Het eten dat je bij de wijn serveert kan van invloed zijn op de gewenste serveertemperatuur. Sommige lichte rode wijnen gaan heel goed samen met vis. De truc is dan om die wijn net iets koeler te drinken. -
De ideale temperatuur voor witte wijn is 8–12 °C
Lichte, frisse wijnen drink je het liefst koeler. Kou benadrukt de frisse, fruitige aroma's die kenmerkend zijn voor lichte witte wijnen. Denk aan smaken als citrus, groene appel of peer. Vollere witte wijn zoals Chardonnay drink het liever iets warmer. Hierdoor komen hun complexere smaken en aroma's die beter tot hun recht. Drink je een frisse, fruitige witte wijn op een erg warme dag? Dan kan de wijn net iets koeler, nog lekkerder smaken. -
De ideale temperatuur voor mousserend is 6–8 °C.
Een jonge, frisse champagne drink je bij voorkeur op maximaal 8 graden. Ook prosecco en cava drink je het beste op maximaal 8 graden. Rijpere champagnes mag je iets warmer serveren, op 10 tot 12 graden. Drink je een mousserende wijn te warm? Dan vervliegen de bubbels sneller en is de smaak minder fris. Een glas te koude bubbels zorgt ervoor dat de smaak niet tot zijn recht komt. De perfecte temperatuur is daarom zeker van belang!
Waarom twee temperatuurzones
Zoals we net vertelden, bewaar je verschillende soorten wijnen op serveertemperatuur voor het beste effect op verschillende temperaturen. Veel moderne klimaatkasten hebben twee temperatuurzones, zodat je rood en wit tegelijk op de juiste temperatuur in jouw wijnklimaatkast kunt bewaren. Een wijnklimaatkast met twee temperatuurzones is niet alleen praktisch, maar draagt ook bij aan de smaakbeleving van je wijn. Of je nu een serieuze verzamelaar bent of gewoon graag een goede fles openmaakt bij het diner, met twee zones haal je het beste uit elke wijn.
Waarom temperatuurstabiliteit belangrijk is
Het is niet alleen de gemiddelde temperatuur die telt, maar vooral de constantie. Schommelingen zorgen ervoor dat de kurk van de wijnfles uitzet en krimpt, waardoor zuurstof de fles kan binnendringen en de wijn oxideert. Een wijnklimaatkast voorkomt zulke temperatuursprongen. Zo wordt je wijn in een wijnklimaatkast perfect bewaard.
Luchtvochtigheid in balans
Een luchtvochtigheid van rond de 60 à 70% voorkomt dat kurken uitdrogen. Een wijnklimaatkast houdt hier precies rekening mee. Zo voorkom je dat de luchtvochtigheid jouw flessen aantast.
Bij Vinolare geloven we dat goed wijn bewaren niet ingewikkeld hoeft te zijn. Onze stijlvolle en doordacht ontworpen wijnklimaatkasten maken topkwaliteit toegankelijk voor iedere wijnliefhebber. Met een wijnklimaatkast van Vinolare zorg je ervoor dat elke fles – of hij nu morgen of over tien jaar opengaat – perfect tot zijn recht komt. Elke wijn perfect bewaard én geserveerd.